Hoewel het aan de bus niet altijd even goed te zien is, gaan we flink vooruit. De binnenkant is inmiddels helemaal geschuurd, de bodemplaten zijn eruit en ook daaronder is het schoon (ik durf er nu in te slapen). Het dak is af (met dank aan Vera!) en we zijn nu toe aan het dichten van wat gaatjes en het behandelen van roestplekjes.
Maar niet al het werk gebeurt aan de bus zelf. Zo zijn we op bezoek geweest bij het onderdelenmagazijn van de club (Vrienden van de Estafette) in Dalfsen, waar we als twee kinderen in een snoepwinkel rondliepen. We hebben er een nieuw ruitje met rubbers opgehaald (ter vervanging van het plaatje aan de rechterkant), rubbers voor de achterdeuren en achterklep, een rubbertje voor de knipperlichten rechtsvoor, een klepje voor boven de accu én een stijl voor achter de bestuurdersstoel. Zo kunnen we daar een wandje maken wat bergruimte oplevert.
En, ook thuis doen we het één en ander: een nieuwe hoes bestellen voor om het reservewiel (en stickers daarop), bedenken hoe we de bus gaan verduisteren (met magneten, maar dat komt later) en maten opnemen voor gordijnen en vloerbekleding. Het is tenslotte zo 21 juni…
Een leuk trucje gaan we uithalen met de knipperlichten. Die zijn helemaal verbleekt, waardoor het plastic geen oranje maar bijna wit licht geeft. Voor de APK schijnt dat niet te mogen, maar nieuwe oude knipperlichten zijn heel erg duur. Gelukkig kom je met glasverf een heel eind: oranje glasverf aan de binnenkant van het knipperlicht en deze zijn weer prachtig oranje! En zo knutselen we vrolijk door… 🙂